“Omdat er nog altijd niets boven Groningen gaat” – Boer Geert, Boer zoekt vrouw, Poëzieweek 2015
De Poëzieweek (waarin opgenomen de voormalige Gedichtendag) is traditioneel de periode waarin veel stadsdichterswisselingen plaats vinden. Hier ter burele kwamen de volgende meldingen binnen.
Kasper Peters (1973) is aangetreden als 7de stadsdichter van Groningen, voor een periode van twee jaar. Hij volgt Joost Oomen op.
Frouke Arns (1964) is aangetreden als 6de stadsdichter van Nijmegen, voor een periode van twee jaar. Zij volgt Marijke Hanegraaf op.
Hester Knibbe (1946) is aangetreden als 5de stadsdichter van Rotterdam, voor een periode van twee jaar. Zij volgt Daniël Dee op.
Anna Wiersma (1944?) is aangetreden als 5de stadsdichter van Zutphen, voor een periode van twee jaar. Zij volgt Tim Pardijs op.
Martijn Adelmund (1977) is aangetreden als 2de stadsdichter van Wageningen, voor een periode van drie jaar. Hij volgt Laurens van der Zee op.
Abdelkader Benali (1975) is aangetreden als ?de stadsdichter van Helmond, voor een periode van [?] jaar. Hij volgt Wim Daniëls op.
Stadsdichtersleed
Dan is er ook nog stadsdichtersleed. RTV Rijnmond bericht dat Look J. Boden (1974) gisteren door het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen zou worden geïnstalleerd. Maar een ambtenaar blies de benoeming af, omdat het budget voor het stadsdichterschap vorig jaar al geschrapt zou zijn. Dit tot verbijstering van Look J. Boden: “De uitnodigingen voor de ceremonie waren al verstuurd”. Hij hoopt dat gemeente terugkomt op het besluit en hem alsnog tot stadsdichter benoemd.
De Volkskrant
Gisteren publiceerde De Volkskrant een artikel over het het stadsdichterschap: ‘Aantal stadsdichters naar record‘, van Merel Buiting.
Een aardig artikel, waarin echter wel iets vreemds wordt beweerd:
“Emma Crebolder (1942) was in 1993 de eerste stadsdichter van Nederland, in Venlo. Jan Eijkelboom (1926-2008) was in 2001 de tweede, in Dordrecht. Zij zetten de toon.”
Het stadsdichtersschap van Emma Crebolder te Venlo was iets dat onopgemerkt aan Nederland voorbij ging. Ze was in 1993 een jaar stadsdichter, vanwege het zoveeljarig bestaan van de Maasstad. Het was een eenmalig iets, niets structureels. Ook de benoeming van Jan Eijkelboom in 2001 betekende niet de structurele instelling van het stadsdichterschap te Dordrecht. Hij werd voor het leven benoemd. Het was in zijn geval een erefunctie, zonder verplichtingen.
De toon werd in 2002 gezet door Groningen. Met de instelling van het stadsdichterschap aldaar, met een transparante benoemingsprocedure en een heldere taakomschrijving zette de stad het stadsdichterschap op de kaart – het Groninger model werd dan ook, met toe- en instemming der Groningers, gekopieerd naar Gent, Antwerpen, Tilburg, Rotterdam, Nijmegen, Utrecht en etcetera. De eenzame uitvaart komt voort uit het Groninger stadsdichterschap.
Het zou journalisten sieren als ze wat minder van Wikipedia zouden plukken. Maar dit terzijde.
Het Poëziecentrum Gent houdt (of: hield, in ieder geval tot eind 2013) een overzicht bij van alle officiële en officieuze stadsdichtersbenoemingen in Nederland en Vlaanderen. Een lijst die een stuk vollediger is dan de mysterieuze lijst waar het Volkskrantstuk naar verwijst. Zie: www.poeziecentrum.be/sites/default/files/upload/lijst_stadsdichters_101213.pdf
Zie ook:
Ruben Hofma. ‘Twintig jaar modern Nederlands stadsdichterschap 1993-2013‘. NPE, 2013.
———————————-
Dit bericht is onderdeel van de Nederlandse Poëzie Encyclopedie
Geplaagd door geldoverlast? Adopteer een dichter!
Partners: Poëziecentrum Gent | Ensafh | Neder-L |
Poëziecentrum Nederland | Perdu | Poëzieweek |
– www.paukeslag.orgPoëzieactiviteiten bezoeken of aanmelden? Zie: De Poëziekalender
Dit bericht is mede mogelijk gemaakt door:
—————————————-
Overnachten bij Berlijn?
Das Haus